Pagina's

maandag 29 augustus 2011

Weer naar school....

Voor wie er ooit voor koos om leraar te worden, blijft 1 september een bijzondere datum. Ik wou hem niet ongeblogd laten voorbijgaan.
Enkele jaren geleden verscheen onderstaande tekst over mijn favoriete leraar als lezersbijdrage in De Standaard.

Het jaar 1979

Altijd een enthousiaste leerling geweest. Zelfs wiskunde en fysica boeiden me, maar Nederlands en geschiedenis waren mijn favoriete vakken.
Al had ik het wat moeilijk met de feitenopsomming die de meeste leerkrachten van de geschiedenisles maakten. Ik kende ze wel, de cijfers van het vak geschiedenis: 843, 1453, 1566, 1789. De onderwijzer uit de zesde klas voegde er een heel vreemde datum aan toe: 1968. Sinds dat jaar is de wereld helemaal veranderd, zei hij. Ik snapte niet wat hij bedoelde en waarom die vreemde grijns op zijn gezicht verscheen. Gelijk had hij, net als later zijn broer: mijn leraar geschiedenis van het derde middelbaar in het Sint-Pauluscollege van Wevelgem.

Op een dag, zo’n honderd jaar geleden, schrokken de bewoners van een buurt in een grote stad zich een aap, zei hij. In een grote kring was rondom hun huizen en straten een torenhoge muur opgetrokken. Zomaar. Er was geen uitkomen en dus ook geen ontkomen aan: de bewoners van de buurt restte ogenschijnlijk niets anders dan het vervolg van hun leven met elkaar te delen. De fabrieksbaas opende zijn rijkelijk gevulde voorraadkasten voor de arme arbeiders. De dokter verzorgde gratis de verpauperde buurtbewoners. De onderwijzer leerde de kinderen op straat rekenen en schrijven. De volkstuintjes stonden ter beschikking van al wie honger had. De bakker bakte brood voor wie hem graan bezorgde. Toen de muur vele jaren later (op het einde van de les) eindelijk werd gesloopt, wilde niemand de magische cocon nog verlaten.

Mijnheer Duhamel: we hingen aan zijn lippen. Wie het aandurfde om ook maar even op zijn stoel te wrikken, werd door de anderen met een vernietigende blik tot de orde geroepen. Stilte, hier werd verteld! In noodgevallen kwam de leraar-verteller ter hulp. Amokmakers mochten van hem gerust even naar buiten voor een ommetje, zei hij, waarna ze blozend bleven luisteren. Toen de bel ging, stormden we niet naar de deur. We gunden mijnheer Duhamel de tijd om zijn verhaal af te ronden. Het was niet echt gebeurd, zei hij. Hij had alles verzonnen. Diep ontgoocheld maar nog veel dieper onder de indruk trokken wij naar de speelplaats.
De volgende les geschiedenis leerden we over opkomst en groei van het communisme in Europa. Een makkie.

De kracht van het verhaal. Vijf jaar geleden zei Willy Spillebeen (in een vorig leven leraar geschiedenis) tijdens de voorstelling van zijn monumentale roman Busbeke, of de thuiskomst: ‘Een historische roman schrijven is veel liegen en heel veel fantaseren, maar altijd met kennis van zaken’. Hij is het vast vergeten, maar ik schreef het op een kladje.

Uiteraard werd ik enkele jaren later op mijn beurt leraar Nederlands-geschiedenis. Mijn histories strooi ik nu rond in een openbare bibliotheek en in het volwassenenonderwijs. En ik schrijf jeugdromans, bij voorkeur over frontsoldaten, strandjutters en beeldenstormers.
Geloof niet alles wat ik schrijf, maar slim word je er wel van.

1 opmerking:

  1. Dat moet wel lukken Koen; wanneer ik aan de ideale leraar denk dan komt spontaan "Roger Duhamel" bij mij op. Schitterende mens.

    BeantwoordenVerwijderen