Pagina's

zondag 15 maart 2020

Held in tijden van corona

Het is Jeugdboekenmaand en in deze periode gaan schrijvers en illustratoren de boer op (de bibliotheken en scholen in) om te vertellen over hun verhalen, hun tekeningen, hun passie en hun inspiratie. In het tweede deel van de maand had ik er nog een zestal in mijn agenda staan, maar die werden donderdag de ene na de andere afgeblazen. Ik wachtte al sinds dinsdag op de berichtjes en het was goed dat ze er kwamen. Zo belangrijk zijn die auteurslezingen nu ook weer niet als het er echt toe doet. Met het graag verdiende subsidiegeld kan ik me hoogstens een extra-vliegtuigticket naar Rome permitteren. Al ben ik in deze erg solidair met collega’s voor wie schrijven net iets levensbelangrijkers is dan voor mij. Ik weet ondertussen dat je van boeken schrijven niet rijk wordt en dat lezingen een welkome inkomstenbron kunnen zijn. Vergeet de broodschrijvers niet als je straks compensaties voor kunstenaars, artiesten en gezelschappen aankondigt, beste ministers.

Voor vrijdagmorgen 13 maart stonden twee lezingen in een nabije basisschool in mijn agenda. Ik polste voor alle zekerheid bij de schooldirectie of die wel zouden doorgaan, met de mededeling dat ze zeker niet voor mij moesten nalaten om die te annuleren. ‘Er werd al zoveel tofs afgelast voor onze zesdeklassers (fluofuif, een daguitstap naar Roeselare, bosklas) dat we hen jouw bezoek zeker niet willen ontnemen. Dus... je bent hartelijk welkom morgen op onze school!! We kijken er naar uit!’ antwoordde de directrice. Ik had meteen met haar, met haar leerkrachten en met haar leerlingen te doen. Al die mooie dingen die nu van de agenda verdwijnen. ’s Morgens snelde ik naar de school met in mijn hoofd het idee om er de beste lezingen ooit te geven - een klein beetje vreugde voor de leerlingen (soms ben ik ontzettend week). Het waren fantastische leerlingen en het werden heel leuke lezingen. Oké, de lezingen compenseren geen vervallen bosklas aan de voet van de Kemmelberg, maar toch.
Ook ’s middags zat corona mee aan de keukentafel. Mijn zoon, die werkt voor een warenhuis (niet de Colruyt, niet de Carrefour, niet de Aldi, niet de Albert Heijn maar het rijmt op bearnaise) sakkerde over het vreemde hamstergedrag van de klanten. Al snel hadden ook wij het over toiletpapier. En over bananen, die nu ongetwijfeld in grote hopen in Vlaamse keukens liggen te verrotten.
In de namiddag ging ik werken in de bib. ‘Werken’ was die namiddag: activiteiten annuleren, sprekers verwittigen, websiteberichten aanpassen, vergaderingen uitstellen, richtlijnen van het gemeentebestuur vertalen naar de bib, collega’s informeren, publieksloze werkuren veilig invullen. Het besef dat ook de langverwachte boekvoorstelling van mijn nieuwe roman stilaan in het gedrang komt, smaakt zuur. Maar ook dat moet dan maar. En kijk, zelfs de al even langverwachte reis naar Rome wordt een afknapper. Stilaan zoeken naar een bestemming dichterbij dan maar. Rijsel, Maastricht of Aken bijvoorbeeld. 

Er zijn lichtpuntjes. Ook in de bibliotheek wordt volop gehamsterd. Mensen organiseren zich nu alle uitstapjes en bezoekjes uit de agenda’s zijn geschrapt. Think positive! Eindelijk tijd voor een goed boek (of 10), een mooie film, een seriemarathon of een zoektocht naar nieuwe of oude muziek. Wie eraan twijfelde of bibliotheken er nog wel toe doen, werd vrijdag een serieuze hak gezet: ze leken minstens even belangrijk als toiletpapier.
En er is solidariteit. Zelfs de verzuurde ‘Je bent van’ - Facebookpagina’s staan op de rem. Neen, het is niet de fout van de burgemeester, dat corona-virus. Die veel te hete zomer, het dreigend watertekort, de vervuilde steden, de ellenlange files, de stickers op de vuilniszakken, Greta Thunberg: al dat echte of vermeende onheil werd de voorbije maanden in de schoenen van de man geschoven. Maar corona niet. Meer zelfs: op de verguisde pagina’s komen oproepen van burgers om boodschappen voor bejaarden te doen, middelbare scholieren bieden zich aan als babysitter, huisbazen halveren publiekelijk hun huurprijs voor horeca-huurders.

In de veelvoud van berichten zoek ik mijn weg niet, het is te veel. Maar er is een lichtbaken, een gids in deze woelige tijden. Al wie op zoek is naar een stem die duiding geeft in deze sombere dagen: vraag of Jeroen Olyslaegers je Facebookvriend wil worden. De schrijver is erg gul, veel kans dat hij je verzoek aanvaardt. Maar lukt het toch niet, snel dan naar de bibliotheek en leen een boek van hem (sic). Want zijn stem doet deugd en helpt. Hij was er snel bij om burgers ervan te weerhouden om hun tickets te laten terugbetalen door de al erg geteisterde organisatoren van voorstellingen en concerten. ‘Aan het publiek: wie tickets heeft gekocht, denk even na vooraleer uw geld terug te vragen. Als het écht nodig is, oké. maar als ge het u kunt veroorloven, laat het dan zo. Wees solidair met de mensen en instellingen die zich solidair en verantwoordelijk ten opzichte van uw veiligheid opstellen’ (hoofdletters van mezelf). Zijn oproep was lang voor de algemene annulering en lang voor minister-president Jambon eenzelfde oproep deed op de nationale televisie. Hij, de grote cultuurhater, stak zijn partners in crime een hart onder de riem - ik vond het chique en geloofwaardig. Jan en Jeroen zijn in het dagdagelijkse leven niet meteen elkaars beste vrienden, maar kijk: ook dat komt misschien nog goed (niet dus). Zelf vond ik het bijna jammer dat ik nog geen ticket voor de voorstelling van het plaatselijk amateurtoneel had gekocht. Het lukt me nu niet om het geld niét terug te vragen en een ticket kopen voor een geannuleerde voorstelling is nogal belachelijk.

Vrijdag was het een moment van overleg te onzes huizes. Gaan we nog een laatste pint drinken in de nabije stamkroeg? Even in De Grote Olyslaegers kijken dan maar: ‘Daarom, beste feesters: waarom vandaag nog naar een 'lockdown'-party gaan? Toch niet omdat het de allerlaatste keer is? Dat is bullshit & you know it. Binnen hopelijk afzienbare tijd zal er opnieuw gefeest kunnen worden, tot over de rand van het draaglijke zelfs, indien het moet. Maar nu nog feesten en uzelf wijs maken dat dit het onderste van de kan is, dat gij en gij alleen daar recht op hebt? Dan hebt ge het nog écht niet begrepen, zeg ik vriendelijk. LOMP is het, geen enkel ander woord deugt hier.’ Ik trok snel mijn pantoffels aan en vond het al gênant dat ik zelfs maar even had overwogen om er nog een keer stevig tegenaan te gaan.
Olyslaegers bevestigde me ook dat het echt verkeerd is om enige sympathie of een milde glimlach voor de immer handenschuddende JMDD te hebben, hij verraste met een écht grappige corona-post, laat niet na een medische gezondheidstip mee te geven en strooit met fijne boeken- en filmtips voor de lange thuisdagen.
Ook met de regering komt het alsnog goed. Bart De Wever wil een noodregering. Ik hield me in om te bedenken dat elke regering waar hij aan het hoofd zit, niet anders dan een noodregering kan zijn. Het is een uitgestoken hand die hoopvol stemt (ook al schudden we die voorlopig niet). Als Jan en Jeroen het in moeilijke tijden even met elkaar eens zijn, waarom Bart en ik niet? Uitzonderlijke omstandigheden vereisen uitzonderlijke maatregelen.
‘James!’