Pagina's

vrijdag 14 februari 2025

De goudmijn van mijn jeugd

In 2003 begon ik vol ambitie en met veel goesting aan een nieuwe jeugdroman. De verhaallijnen lagen vast, de persoonlijke invalshoek was afgelijnd, de hoofdpersonages hadden een uiterlijk en een karakter, de spanningsboog was me gekend, thema en motief zaten in mijn hoofd, er was een soundtrack en er was een persoonlijke held die me dreef. Voor mijn lezers was het een kwestie van maanden vooraleer na De hel in New York, De oversteek en Valsspeler mijn vierde jeugdboek op het schap zou staan. De titel kon nog veranderen, maar Slang of slungel was het eerste idee en dat zou best ook wel eens op de cover van het boek kunnen prijken.

Maar toen dwarsboomden die dekselse Waddeneilanden mijn plannen. De legende van de heks Ritskemooi nam me bij de kraag en ik kon niet wachten om mijn liefde voor de eilanden en de mysteries van de Wadden te schrijven. Ineens was er een aangrijpend levensverhaal van een vriendin en mijn jongens werden zo snel groot. Dat moest allemaal te boek. En de herinneringen aan de jeugdvakanties in de Alpen, de smeltende gletsjers, mijn studentenjaren in Brussel, de kindertijd in de Ardennen. En weer die Wadden, Schiermonnikoog deze keer. Ineens waren er schrijfopdrachten voor theater en voor educatieve kinderboeken. En waarom spookten ineens die 16de eeuwse ketters en beeldenstormers en hagenprekers van de Kemmelberg door mijn hoofd?

To zover deze selectieve opsomming van waarachtige (ik zweer het!) excuses voor het uitblijven van mijn vierde jeugdroman die de elfde is geworden. Maar op het eind van deze maand is het er wel degelijk. Met tweeëntwintig jaar vertraging verschijnt De wedstrijd. De eerste twee hoofdstukken schreef ik in 2003, de laatste zeventien in 2023. 

De hoofdpersonages zijn Robbie, Juan en Luna. Drie zoekende jongeren, de favoriete personages in mijn boeken. Ze zijn geen kind meer maar ook nog lang niet volwassen. Dat zijn de echte helden van mijn boeken, over hen schrijf ik het liefst. Wellicht omdat mijn jonge zoekende zelf zo vaak weer opduikt in mijn hoofd. Daarom ging ik ooit studeren voor leraar in het middelbaar onderwijs.

Een ongelukkige jeugd is een levenslange goudmijn voor een schrijver, zei ooit een veel grotere schrijver dan mezelf. Maar ik denk dat dat net zo geldt voor een gelukkige jeugd. Ik kijk met veel liefde, heimwee en warmte terug op mijn kindertijd en jeugdjaren en ze geven me heel veel schrijfinspiratie.

Gaat het boek dan over mezelf? Absoluut niet.
Ik zou mezelf wel erg tegenspreken. Geen enkel leven is boeiend genoeg om er een roman over te schrijven, geef ik vaak mee als schrijfadvies. Sla je herinneringen op, koester ze, verdraai, verwerk en verwring ze en fantaseer er vervolgens op los. Ik moet de stukjes van mezelf die een plaats kregen in mijn boeken dringend eens gaan inventariseren. Er zijn de grote terugkerende blokken: de vakanties in de Alpen, de Ardennen en de Wadden, mijn studietijd in Brussel, de jaren op de middelbare school. Stilaan ontelbaar en niet meer te determineren zijn de kleine knipoogjes en helse herinneringen. Of zij die mijn levenspad kruisten en verschenen als handig verpakte personages of figuranten in een boek.

De wedstrijd is het verhaal van Robbie, Juan en Luna. Twee van de genoemden zijn al autobiografisch belast. Het verhaal is de gefantaseerde herinnering aan mijn wonderjaren bij de miniemen en kadetten van SV Wevelgem en als medewerker bij jeugdclub Ten Goudberge. Those were the days.

Gaat het boek dan over mezelf? Uiteraard wel.
Lees het snel en zoek me maar - in het boek of op de foto hieronder.

Mijn jeugdroman De wedstrijd verschijnt op 28 februari bij uitgeverij Neckar (alle info).
Voorstelling op zaterdag 1 maart in JC Ten Goudberge in Wevelgem.
Signeersessie op zaterdag 22 maart van 14 tot 17 uur in Standaard Boekhandel Wevelgem.

Soundtrack De Wedstrijd


1 opmerking: